Senioren blijven steeds langer zelfstandig wonen.
De meesten willen dat zelf graag, en het overheidsbeleid bevordert dat.
Maar ouder worden en op dezelfde manier zelfstandig blijven wonen is lang niet altijd vanzelfsprekend. In een verdere levensfase is het (gezins)huis met tuin al snel niet meer echt nodig, maar vraagt nog wel tijd, aandacht en energie.
Met het verder klimmen van de jaren kan wonen in een groot huis een last worden.
In een levensinvulling zonder inwonende kinderen willen velen liever tijd besteden aan eigen genoegens, hobby’s, vrije-tijds-besteding.
In plaats van intensief tuinwerk of onderhoud aan het huis, meer aandacht voor bijvoorbeeld musiceren, schilderen, sporten, uitstapjes maken, reizen.
Voor sommigen is de woning door fysieke omstandigheden ook niet meer zo handig. Aanpassingen (soms dure!) kunnen onvermijdelijk worden en het onderhoud van huis en tuin kan steeds meer een last worden die ook mét hulpmiddelen zwaar is.
Toch blijven veel grote woningen bezet, waar groeiende andere doelgroepen nijpende behoefte aan hebben.
Voor sommigen kan een feitelijke, laagdrempelige mogelijkheid om meer tijd en energie te besteden aan invulling van eigen hobby’s/genoegens duidelijker in beeld komen. Voor anderen neemt de sociale en feitelijke redzaamheid af en neemt de vereenzaming toe.
Het levensgeluk kan groter!
Een van de mogelijkheden, en voor veel senioren een aansprekende, is wonen in een woongemeenschap.
Daaronder verstaan wij een aantal 50-plussers die met elkaar een groep vormen. Die elk wonen in hun eigen zelfstandige woning, in een gebouw waar deze woningen met elkaar in verband staan. Waar gemeenschappelijke ruimten en voorzieningen zijn, op basis van een gedeelde visie op leven, samenleving en vrijetijdsbesteding, met afspraken over onderlinge hulp en bijstand, en met een plaats in de sociale omgeving.
Zo’n woongemeenschap heeft veel voordelen voor de bewoners zelf, voor de sociale cohesie in de omgeving, voor de levendigheid in de wijk en voor het zorgbudget van de gemeente.
Om er een paar te noemen: het is gezondheidsbevorderend (en bespaart daarmee dus zorgkosten!); je woning is levensloopbestendig, ook met hulpmiddelen; dure aanpassingen zijn niet nodig; je bent omringd door gelijkgestemde en vooral zelfgekozen buren; er zijn allerlei contacten en activiteiten; het leven is meer ontspannen, bevredigend en stimulerend!
Er zijn al veel van zulke woongemeenschappen; en er is behoefte aan meer daarvan.